Het rampenplan voorziet 3 fasen. Kleinere rampen worden op lokaal vlak bestreden, voor grotere rampen of wanneer verschillende gemeenten bij de ramp betrokken zijn, worden andere fasen van het rampenplan afgekondigd.
Gemeentelijke fase
De burgemeester kondigt de gemeentelijke fase van het rampenplan af. Deze fase is het laagste niveau. Wanneer er bijvoorbeeld een grote brand uitbreekt, die geen gevaar betekent voor de bevolking van andere gemeenten, spreken we over de gemeentelijke fase. De coördinatie gebeurt door de burgemeester, een gemeentelijk coördinatiecomité staat de burgemeester bij.
Provinciale fase
De provinciale fase wordt afgekondigd door de provinciegouverneur. Dat gebeurt wanneer een ramp in de gemeentelijke fase uit de hand loopt of wanneer een ongeval gevolgen heeft voor meer dan één gemeente. Samen met het provinciaal coördinatiecomité neemt de gouverneur de leiding over van de burgemeester. Hij beschikt hiervoor ook over een operationele staf op het terrein. De staf vergadert op een veilige locatie zo dicht mogelijk bij de plaats van de ramp. Het provinciaal coördinatiecomité wordt voorgezeten door de gouverneur. Dit comité organiseert de hulpverlening en neemt de eindbeslissingen.
Federale fase
Het is de minister van Binnenlandse Zaken die de federale fase afkondigt. Dat gebeurt wanneer een ramp de provinciegrenzen overstijgt of bij rampen die grote delen van het land treffen, zoals overstromingen. Het is ook de minister die in deze fase de leiding neemt.