De vlaamse milieuwetgeving (VLAREM) is duidelijk: afval verbranden is voor iedereen verboden.
Het verbod geldt niet alleen voor het verbranden van papier, plastic, piepschuim, autobanden en andere rommel, maar ook voor het verbranden van GFT, houtafval en groenresten. Het verbranden van afval in huis of in de tuin zorgt voor de uitstoot van erg schadelijke stoffen en zorgt daardoor ook voor ernstige gezondheids- en milieuproblemen. Daarnaast zorgt dit ook voor hinder in de buurt.
Schadelijk voor de gezondheid
Afval verbranden in de tuin of in de kachel is veel schadelijker dan we denken. Het zorgt ervoor dat dioxines, stof, polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK's), zware metalen en fijn stof in de lucht terechtkomen. 57% van de dioxine-uitstoot is afkomstig van sluikstokers. Daarmee vergeleken is de uitstoot door verbrandingsinstallaties die aan strenge voorwaarden moeten voldoen, bijna niets (0,1 %).
Geur- en rookhinder
Afval opstoken in een kachel in huis of in de tuin verspreidt een smerige, stinkende lucht die allesbehalve aangenaam is voor omwonenden en voorbijgangers. Ook groenafval, zoals snoeihout en plantenresten, mag niet verbrand worden in de tuin. Er worden wel uitzonderingen voorzien in de wetgeving.
Uitzonderingen op de regel
De milieuwetgeving voorziet wel enkele specifieke uitzonderingen.
Onderstaande zaken zijn wel toegelaten:
- Gebruik sfeerverwarmer
- Barbecue
- Kampvuur (na toestemming van het college van burgemeester en schepenen)
Gevolgen van afval verbranden
Het verbranden van afval in huis en in openlucht is een overtreding op de milieuregelgeving. Als je wordt betrapt omdat er een klacht werd ingediend of omdat het vuur werd opgemerkt, kan je een proces-verbaal krijgen van de politie of een toezichthouder. Je riskeert een zware boete.